Geloofsbelijdenis

Wij geloven in God, Schepper van hemel en aarde, Die vanuit Zijn eenheid Zich aan ons door drie hoofdkaraktereigenschappen toont, nl.

als de almachtige Vader die Zijn rechtvaardige wil en oordeel aan de wereld heeft bekend gemaakt;

en als de eniggeboren Zoon in de persoon van Jezus, vleesgeworden genadekant van God, het Lam van God, de Leeuw van Juda, de ware Joodse Messias en onze Heer,

Die ontvangen is door het werk van de Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria,

Die als Lijdende Dienaar zowel in Zijn aardse leven als in dood de Thora tot op de jota en tittel volmaakt heeft nageleefd, onder de hogepriester Kajafas volgens de bepalingen van de Thora is gekruisigd, gestorven, en begraven,

Die Zich heeft bekend gemaakt als de langverwachte Messias en Verlosser, eerst in Zijn dood aan hen die in de hoop van Zijn komst na hun dood waren geborgen in de schoot van Abraham,

na de derde dag is opgestaan uit de dood in een onvergankelijk lichaam, en Zich daarna aan Zijn discipelen bekend gemaakt heeft door Zijn littekens op Zijn polsen, enkels en zijde te tonen,

na de tiende dag is opgevaren naar de hemel met de wolk van getuigen die na Zijn opstanding waren opgestaan uit de dood in een verheerlijkt lichaam,

hersteld is tot Zijn heerlijkheid in het Huis van de Vader en Zich gezet heeft als de rechterhand van God de allerhoogste,

vanwaar Hij vooreerst als Bruidegom halverwege zal komen om Zijn Bruid naar het Huis van de Vader te brengen voor de bruidsmaaltijd van het Lam,

daarna na zeven jaar als Allerhoogste Koning, de Triomferende Messias, met Zijn Bruid aan Zijn zijde op de Olijfberg zal neerdalen om Zijn Heilige Tempel op te zetten op Zijn Heilige berg in Jeruzalem en vanaf Zijn troon aldaar de wereld zal oordelen, zowel de levenden als de doden, en alle wereldrijken met hun koningen zal wegvagen als stof in de wind,

Zijn uitverkoren volk vanuit de uithoeken van de aarde tot Zich in Zijn land Israël zal verzamelen,

en vanuit daar duizend jaar als Rechtvaardige Koning de wereld zal regeren met de Thora als ijzeren scepter;

en als de Trooster in de vorm van de Heilige Geest Die de wil van de Vader uitwerkt in de wereld en in onze harten om die te doen,

Die op de 50^e dag na de Opstanding vanuit de Zoon is uitstort op alle vlees, d.w.z. alle zonen en dochters van God om inwoning bij hen te maken en hen te heiligen voor de dienst aan God en hen te verzegelen tot de dag van de belofte.

Voorts geloven wij in de gemeenschap van de heiligen in de liefde van onze Heer en Verlosser door dankbare gehoorzaamheid aan Zijn Thora en samengebonden door de werking van Zijn Geest, uitgedrukt in zorg voor elkaar;

in vergeving van zonden voor ieder individu door gewillige aanvaarding van het volmaakte zondoffer van Jezus onze Heer en Heiland, uitgedrukt in de viering van het Heilig Avondmaal;

in de wederopstanding van de heiligen bij het klinken van de Laatste Shofar – verbonden aan de Dag van Bazuingeschal – in een onvergankelijk lichaam dan wel de plotselinge verandering van de – op die dag – nog in leven zijnde heiligen van een vergankelijk lichaam
in een onvergankelijke door de Opstanding van onze Heer en Heiland, uitgedrukt in de doop door onderdompeling in levend water,

in de ontmoeting met de Heer, het Lam van God, halverwege van deze heiligen met onvergankelijke lichamen als onbevlekte Bruid, uitgedrukt in de Joodse bruiloft,

en in het eeuwige leven met onze Heer en Heiland Die zowel onze Bruidegom als Koning is,

en in de schepping van een nieuwe hemel en een nieuwe aarde waarin geen kwaad, tranen of vermoeidheid zal bestaan, wanneer de Thora en de woorden van de profeten geheel zijn volbracht en vervuld zijn.

Wij geloven dat dit bedoeld wordt met de hoopvolle toekomst die de profeet Jeremia voorzegd heeft, en met de dag van de belofte, en met de hoopvolle troost waarmee de apostel Paulus de heiligen in Korinthe – en bijgevolg de heiligen van vandaag - maant elkaar mee te bemoedigen om die te verwachten..